• Scrabbelen is niets anders dan van lukraak getrokken letters bestaande woorden maken. De vele mogelijkheden onderzoeken kan het best door de letters door mekaar te haspelen.

  • Maak handig gebruik van de vele voor- en achtervoegsels of lettergroepen om twee, drie of meer letters apart te houden en met de rest het woord te vervolledigen.

Voorbeeld:

Met de letters I R C K T S H is het woord SCHRIKT snel gevonden als je eerst de S C H R afzondert!

  • Het 2-letterwoordenlijstje mag je bij je hebben tijdens de wedstrijd. Gebruik het!

  • Woorden mogen in dezelfde beurt vooraan en achteraan verlengd worden, als het nieuwe gevormde woord maar bestaat.

  • Probeer in de eerste beurt een 5-letterwoord te vinden en leg dat dan op D8/h, H8/h, H4/v of H8/v.

  • Kijk of je een woord dat op D8/h, H8/h, H4/v of H8/v ligt kan verlengen tot op het donderrode blokje door vooraan of achteraan aan te bouwen. Bv. het woord FIETS ligt op één van bovenvermelde coördinaten. Voor FIETS kunnen nog de volgende 3 letters gelegd worden: AAN*, BAK, LIG, LOK, MEE*, OMA, REN, WEG*, ZIT. Na FIETS kunnen nog de volgende 3 letters gelegd worden: BAL, BEL, BUS, DAG, END, ERS, HOK, JES, KAP, KAR, LES, MOF, NET, PAD, PET, REK, RIT, TAS, TEN, ZAK.

  *: werkwoorden, uiteraard is fietsen ook een werkwoord.

  • Let op lettercombinaties in de getrokken letters om een woord te beginnen met bv.:

aan-, ont-, toe-, sch-, schr-, ver-, over-, voor-, spr-, str-, uit-, neer-, neder-, mee-, onder-

  • Let op lettercombinaties in de getrokken letters om een woord te eindigen op bv.:

-end, -ende, -elen, -eden, -ige, -igen, -onen, -anen, -enen, -heid, -eren, -nste, -tig, -erd, -isch, -eld, -dend, -tje, -tjes, -gers, -kers, -vers, -kje(s), -mpje(s)

  • Let op de vakjes met 2x of 3x letterwaarde en 2x of 3x woordwaarde om die in beide richtingen te gebruiken (plakkertje!). Door handig gebruik te maken van deze vakjes met een letter van hoge waarde, verzamel je al vlug heel wat punten; leg je bv. de letter W (5 punten) op een vakje met 3x letterwaarde dat terzelfder tijd zowel horizontaal als verticaal gebruikt wordt, dan brengt deze letter alleen al 30 punten op!

  • De aanvoegende wijs is heel populair onder scrabbelaars. Blijkt dikwijls een goudhaantje te zijn om in volgende beurten te verlengen.

  • In de praktijk worden niet zo vaak woorden van meer dan acht letters gelegd. Woorden van 9 tot 12 à 13 letters komen meestal tot stand doordat een eerder gelegd woord meerdere malen wordt verlengd.

Voorbeeld:

We starten het spel met ZOIETS op D8/h voor 30 ptn. In beurt 2 wordt OVERWERK (scrabble!) gelegd op G3/v voor 77 punten. In beurt 3 wordt WIK gelegd op G7/h voor 23 punten. Hierdoor ontstaan 2 nieuwe woordjes, nl. it en ks. In beurt 4 wordt 'overwerk' verlengd tot 'overwerke' door LEEKJE te leggen op F11/h voor 46 punten. In beurt 5 verlengen we 'overwerke' tot 'overwerken' door THANS te leggen op D12/h voor 54 punten, waardoor er ook nog 2 andere nieuwe woordjes op het bord liggen: la en es ('thans' is dus een plakkertje). ZWOERD op D5/h in beurt 6 brengt 30 punten op. In beurt 7 moeten we tevreden zijn met slechts 11 puntjes door LAAD te leggen op F11/v. In beurt 8 leggen we DEVOOTST (scrabble) op F14/h voor 67 punten. Met ONTNAM op D4/h voor 60 punten (!) in beurt 9 leggen we opnieuw een plakker, waardoor er volgende nieuwe woordjes ontstaan: 'laadt', 'en', 'va' en 'om'! In beurt 10 wordt slechts 1 letter gebruikt, namelijk de letter D. Hierdoor ontstaan 2 nieuwe woorden: OVERWERKENDEN en AD! Deze ene letter levert 32 punten op! Als coördinaten kan je kiezen: G3/v: 'overwerkenden of F13/h: 'ad'. Na 10 beurten bedraagt de totaalscore 430 punten!

scrabblebord15